4) Reuzenbalsemien
De reuzenbalsemien is een niet inheemse sierplant, afkomstig uit de Himalaya en India, die in Europa en Canada is verwilderd. In Nederland komt ze algemeen voor in het rivierengebied en in de stedelijke gebieden. Het is een opvallende eenjarige 0,6 tot 2 meter hoge plant, die groeit op licht beschaduwde, vrij open, vochtige tot natte plaatsen. Door de krachtige groei en veelal grote dichtheid, krijgen andere planten vaak geen kans.
Ook in de gemeente Hellendoorn komt de reuzenbalsemien op enkele plaatsen voor. De bladeren zijn langwerpig, toegespitst en sterk getand, met rode punten op de zaagtanden. De reuzenbalsemien heeft kruipende wortels, een stengelvoet met steltwortels; de stengels zijn dik, geribd en kaal met brede knopen. De roze tot wit gekleurde bloemen worden 2,5 tot 4 cm lang en staan met twee tot veertien bloemen in trossen in de oksels van de bovenste bladeren.
Verspreiding
Na de bloei, van juli t/m oktober, worden zaaddozen gevormd. Als de zaaddozen rijp zijn en aangeraakt worden, exploderen ze en schieten de zaden tot 7 meter weg. Per plant kunnen meer dan 1000 zaden worden geproduceerd. Zaad blijft maximaal 1,5 jaar kiemkrachtig en groeit het best op vochtige, voedselrijke en verstoorde grond.
Bestrijden
Bij de bestrijding van reuzenbalsemien is het vooral zaak om verspreiding van het kiemkrachtige zaad te voorkomen. Na het maaien kan de plant opnieuw opschieten als het te hoog is afgemaaid of als al vroeg in het groeiseizoen is bestreden. Het zaad is maximaal 18 maanden kiemkrachtig en de plant zelf is éénjarig, wat betekent dat eliminatie in theorie binnen twee groeiseizoenen mogelijk is. Van groot belang is wel dat echt elke plant voor de zaadvorming wordt geëlimineerd. Zaadvorming door één enkele plant kan de inspanning van een intensieve bestrijdingsactie volledig teniet doen.
Machinaal
Maaien is een zeer effectieve methode bij de bestrijding van de reuzenbalsemien. Dat moet wel in juni-juli gebeuren, voor het ontluiken van de eerste bloemen. Zo wordt zaadzetting en noodbloei voorkomen. Afmaaien moet zo dicht mogelijk bij de grond gebeuren om opnieuw opschieten en noodbloei te voorkomen. Bij droog weer kunnen afgemaaide planten in het veld achter worden gelaten, maar bij vochtig weer is het beter de planten af te voeren.
Langs oevers is het verstandig om bovenstrooms te beginnen en stroomopwaarts te werken. Zo wordt voorkomen dat zaden van bovenstrooms groeiende planten meespoelen en de inspanning benedenstrooms ongedaan maken.
Handmatig verwijderen
Ook het uittrekken van de planten is een zeer effectieve bestrijdingsmethode bij reuzenbalsemien. Het is arbeidsintensiever dan maaien maar kan wel nauwkeuriger worden uitgevoerd. Bij reuzenbalsemien is het van belang om echt alle planten te verwijderen. Maaiapparatuur kan niet overal worden gebruikt; dan is handmatig uittrekken een noodzakelijke methode om reuzenbalsemien te elimineren. Ook het uittrekken moet al in juni-juli, voor het ontluiken van de eerste bloemen, gebeuren. Het wortelstelsel is oppervlakkig en beperkt. Het is niet nodig om het hele wortelstelsel te verwijderen maar wel de grote wortels direct aan de stengel. Het is altijd beter de planten ook af te voeren.
Bestrijding door de gemeente
De planten worden wanneer mogelijk uit de grond getrokken. Wanneer het grote oppervlaktes betreft worden die gemaaid.
Hoe kunt u zelf de reuzenbalsemien bestrijden?
U kunt de planten zelf uit de grond trekken of afmaaien. Doe het wel voordat de bloemen in juni-juli uitkomen om de verspreiding van zaden te voorkomen. Het beste is de planten af te voeren naar de groene afvalcontainer.