Kijk naar wat er wél kan.

Tijdens het Vitaliteitsfestival ging collega Leny in gesprek met inwoners over ouder worden, fit blijven en de toekomst. Dat deed zij in het kader van de campagne Praat samen over later.

Deze keer sprak ze met Janneke (73) uit Nijverdal. Ze is net uit de revalidatie en werkt hard aan haar herstel. Haar motto? Niet opgeven, gewoon doorgaan!

Ik wil gewoon bezig zijn

Janneke  is ernstig ziek geweest, maar nu is ze druk bezig om weer zo fit mogelijk te worden. “Ik had zeven jaar geleden vanwege heupproblemen al een elektrische loopfiets aangeschaft en die heb ik nu weer uit de schuur gehaald. En daar ga ik nu op. Maar ik ga uiteindelijk wel weer op een gewone fiets, dat wil ik gewoon! Want ik wil bezig zijn.’
Ze is alert op haar omgeving, ook op de fiets: ‘Op een gewone fiets ben je ook veel aandachtiger aanwezig dan op zo’n step. Als je zelf niet hoeft te bewegen, moet je juist extra goed opletten, vind ik. Ook zo’n scootmobiel. Het is heel mooi dat ze er zijn, maar ik hoop er nooit in te komen.’

Janneke sport elke week bij de fysio, werkt in huis en is graag in de tuin. ‘Gewoon door blijven gaan, ondanks de lichamelijke problemen.’

We doen wat wél kan

Janneke vindt het belangrijk om te kijken naar wat er nog wél kan: “We gaan niet meer met de caravan naar Zuid-Frankrijk, maar blijven dichter bij huis. En ik moet met mijn heup gewoon iets meer tijd nemen om in en uit de caravan te stappen. Kijk naar wat er wél kan!

Vorig jaar was ik zo ziek, dat het kantje boord was. Maar nu zit ik weer hier! Er zijn zoveel leuke dingen. En ik heb hele leuke kleinkinderen. Afgelopen week had er eentje een toets en dan bel ik hoe het gegaan is. Ik heb een goede band met mijn kleinkinderen, heel fijn vind ik dat.”

Ontdek wat bij jou past

Wat is haar advies voor anderen?  “Je moet zelf ontdekken wat bij je past. Mijn zus gaat bijvoorbeeld twee keer per week zwemmen. Dat kan ik niet meer. Ik heb aanpassingen nodig bij mijn sporten. Eerst werd dat vergoed, maar nu niet meer en betaal ik het zelf. Ik heb het er wel voor over.”